1993 – 2000: Het Optimistische Tijdperk

13 september 1993 Ondertekening van het eerste Oslo-akkoord

Met duidelijke terughoudendheid schudt premier Rabin de hand van PLO-leider Arafat.
Namens Israel en de PLO ondertekenen Jitschak Rabin en Jasser Arafat het eerste Oslo-akkoord op het gazon van het Witte Huis in Washington. Het akkoord is een beginselovereenkomst en schept het kader voor de vreedzame oplossing van het Israelisch-Palestijnse conflict. Er zal een interim Palestijnse autoriteit worden opgericht die volgens het autonomieconcept zal gaan optreden in bepaalde delen van de betwiste gebieden. Er wordt niets vastgelegd over de eventuele stichting van een Palestijnse staat.
De meest problematische kwesties moeten in ‘einde-status onderhandelingen’ tussen partijen worden geregeld, zoals de toekomstige grenzen, de status van Israels hoofdstad Jeruzalem en de toekomst van de Joodse nederzettingen. In Oslo gaat de PLO dus feitelijk akkoord met het door Israel handhaven en eventueel uitbreiden van Joodse nederzettingen zolang daarover niet in onderhandelingen is beslist.
De PLO verplicht zich tot het afzweren en doelmatig bestrijden van geweld tegen Israel/Joden en de ophitsing daartoe. Deze verplichting wordt echter vanaf het allereerste moment systematisch geschonden.
4 mei 1994 Gaza-Jericho Akkoord
Onder deze nieuwe overeenkomst tussen Israel en de PLO trekt het Israelische leger zich terug uit Jericho en delen van de Gazastrook. De Palestijnse Autoriteit neemt daar het civiele bestuur over. De Joodse nederzettingen in Gaza blijven in tact en onder een speciaal Israelisch veiligheidsregime.
26 oktober 1994 Vredesverdrag Israel-Jordanië

De feestelijke ondertekening van het Israelisch-Jordaans vredesverdrag in vond plaats op een locatie in de woestijn op de grens tussen de landen.
Israel and Jordanië sluiten een vredesverdrag. De handtekeningen worden gezet tijdens een door vele internationale gasten bijgewoonde bijeenkomst op de grens tussen de landen. Het verdrag formaliseert ook het door Jordanië annuleren van territoriale aanspraken op de landstreken Judea en Samaria, die het land van 1948-1967 bezet hield en in 1950 annexeerde.
28 september 1995 Oslo II (Taba Akkoord)
In deze interimovereenkomst tussen Israel en de PLO worden wordt de West Bank onderverdeeld in drie sectoren: A, B en C. In A krijgt de Palestijnse Autoriteit (PA) volledige bevoegdheden, inclusief die voor de veiligheid. In B krijgt de PA uitsluitend civiele bevoegdheden en blijft Israel voor de veiligheid verantwoordelijk. Gebied C, waar zich alle Joodse nederzettingen bevinden, blijft volledig onder de bevoegdheid van Israel, dus inclusief waar het gaat om planologische zaken. De EU participeert als getuige in Oslo II en onderschrijft derhalve deze regeling.
4 november 1995 Moord op premier Jitschak Rabin
De Israelische premier Jitschak Rabin wordt na afloop van een vredesmanifestatie in Tel Aviv door een radicale nationalist vermoord. Shimon Peres neemt de taken van Rabin waar en schrijft vervroegde verkiezingen uit.
25 februari 1996 Begin van een golf van zelfmoordbomaanslagen
Palestijnse terroristen plegen bomaanslagen op stadsbussen in Jeruzalem en Tel Aviv. Er komen tientallen Israeli’s bij om het leven. Het geweld doet bij het Israelische publiek het vertrouwen in het vredesproces sterk afnemen.
11-27 april 1996 Operatie ‘Grapes of Wrath’

De Israelische waarnemend premier Shimon Peres bezoekt Israelische militairen tijdens Operatie Grapes of Wrath.
Operation Grapes of Wrath is de codenaam van een zestien dagen durende Israelische militaire campagne in Libanon tegen Hezbollah. Doel is een eind te maken aan de raketbeschietingen op burgerdoelen langs Israels noordgrens.
23 oktober 1998 Wye River Agreement
In een nieuwe, door de VS bemiddelde, overeenkomst tussen Israel en de PLO worden verdere Israelische terugtrekkingen op de West Bank geregeld.
25 mei 2000 Israelische terugtrekking uit Zuid-Libanon
In opdracht van de in 1999 aangetreden premier (en oud-generaal) Ehud Barak trekt Israel zich volledig terug uit de Zuid-Libanese veiligheidszone, die in 1985 was ingesteld. Het gebied wordt vervolgens overgenomen en gemilitariseerd door de door Iran gesteunde Libanese terreurbeweging Hezbollah. De burgerbevolking in Zuid-Libanon dient daarbij als menselijk schild. De terugtrekking brengt Israel geen veiligheid, maar nieuwe aanslagen en de bedreiging van Israelische burgerdoelen met .
25 juli 2000 Vredesoverleg Barak-Arafat mislukt

Onder toeziend oog van president Bill Clinton duwt Ehud Barak Jasser Arafat naar binnen in een vakantiehuisje op het presidentiële vakantieoord Camp David.
Twee weken van onderhandelingen in het Amerikaanse Camp David, tussen de Israelische premier Ehud Barak en PLO-leider Jasser Arafat, eindigen zonder een overeenkomst. Arafat wijst alles wat hem wordt aangeboden af en geeft na terugkeer bevel tot het voorbereiden van een nieuwe terreuroorlog tegen de Joodse staat.
28 september 2000 Begin van de Tweede Intifada
Onmiddellijk na het door oppositieleider Ariel Sharon bezoeken van de Tempelberg in Jeruzalem (de heiligste plaats van het Jodendom) breekt de Tweede Intifada uit. Later blijkt dat het bezoek slechts een handige aanleiding was. De geweldsgolf was enkele maanden eerder al door Arafats PLO gepland.
Anders dan de eerste intifada is de tweede geen spontane volksopstand met vooral primitieve wapens. De nieuwe Palestijnse geweldsgolf kenmerkt zich door grootschalig terrorisme met vuurwapens en explosieven. In de periode van 28 september 2000 tot 1 januari 2005 komen 1137 Israeli’s door Palestijns geweld om het leven.